Septembernummer 2022
Abonnees ontvangen dit nummer van Ons Amsterdam omstreeks 2 september in de brievenbus! Dit nummer niet missen, maar nog geen abonnee? Meld je vóór vrijdag 2 september 23:59 u. aan dan ontvang ook jij dit nummer thuis.
De vaste route van Thomas Acda
Door Ko van Geemert
Thomas Acda, de bekende cabaretier, acteur, zanger en schrijver, groeide op in De Rijp. Ging naar de Toneelschool en de Kleinkunstacademie; waar hij Paul de Munnik ontmoette, en met wie hij vanaf 1995 tot 2015 het legendarische duo Acda en De Munnik vormden. In het komende nummer volgen we zijn vaste route: langs de huizen waar hij woonde en de betekenisvolle plekken van zijn carrière. Te beginnen in het Vondelpark, in het Openluchttheater. De plek waar ‘alles’ begon…
Amsterdamse monumenten: 15de -eeuwse duurzaamheid tot dreigende sloop
Door Gabri van Tussenbroek
Eeuwenlang werden bouwmaterialen zo veel mogelijk hergebruikt. Er werd weinig gesloopt en het meeste van wat nog goed en bruikbaar was, werd gewoon behouden. Dat men zuinig was op die materialen, zal niemand verbazen. Hoe zuinig, blijkt vaak bij bouwhistorisch onderzoek van Amsterdamse monumenten, bijvoorbeeld in de Zuiderkerk. Pas met de industrialisatie in de 19de eeuw nam de sloop toe. En vandaag de dag zijn er nog steeds gebouwen die voorgoed uit het Amsterdamse stadsbeeld dreigen te verdwijnen…
Artis en het ‘museum van grote vragen’
Door Ko van Geemert
In 1855 verrijst in Artis een indrukwekkend gebouw, het zoölogisch museum. Artis’ doel is de natuur dichter bij de (welgestelde) burgers te brengen, zowel in levende als niet-levende vorm. De verzameling van zogenoemde naturalia groeit snel – schelpen, fossielen, gesteenten, op sterk water gezette specimina, skeletten en opgezette dieren. Zoals de opgezette quagga, een soort zebra, die in 1883 in Artis overlijdt en de laatste van zijn soort blijkt te zijn. Maar als de levenden in de dierentuin belangrijker worden dan de niet-levenden, raakt het museum in de problemen.
De huisfotografen van Artis
Door Dirk J. Tang
In Artis, Nederlands oudste dierentuin, worden ondenkbaar veel foto’s gemaakt door bezoekers, en professionele fotografen. Sinds de allereerste Artisfoto rond 1851 ontwikkelde de fotografie zich snel en volgde er een lange traditie van huisfotografen in Artis. Van de eerste-onofficiële huisfotograaf Paul L. Steenhuizen met zijn primeur: de eerste in een tijdschrift (De Levende Natuur, 1897) gepubliceerde vogelfoto in de Nederlandse fotogeschiedenis, tot en met het pensioen van Fred Nordheim in 2005. Je leest het in het komende nummer van Ons Amsterdam.
Brand in de Lutherse Kerk, 1822
Door Harry Donga en Koen Kleijn
Op 18 september 1822 om half twee ’s middags brak er brand uit in de Nieuwe Kerk van de lutheranen, in de volksmond: De Ronde. Zoals bij bijna alle grote kerkbranden, veroorzaakt door slordige werkzaamheden. Tegen twee uur stond het hele gebouw in lichterlaaie, en de brand sloeg over op de omringende huizen. Het schouwspel van de brand in het hoge koepeldak was ‘ontzettend’, schreef de krant, maar ook ‘grootsch’.
De Emmakerk: Basiliek in de polder
Door David Geneste
De Nederlands Hervormde Gemeente in de Watergraafsmeer wilde in de jaren 1920 een nieuwe kerk. Lange tijd beschikte zij niet over een behoorlijk kerkgebouw en moesten kerkgangers over de lange polderwegen naar Amsterdam óf Diemen. Dus zamelde de hervormde geld in om er een te laten bouwen. Het werd de Emmakerk, die opvallend veel lijkt op een katholiek gebouw…
De Looiersbuurt, stinkend aan de stadsrand sinds de 16e eeuw
Door Carolus van Doornen
In de Nieuwe Looiersbuurt tussen de Vijzelgracht en Reguliersgracht zaten tot ver in de 19de eeuw leerlooierijen. Lekker rook het er niet. Bij elke stadsuitbreiding moest de bedrijfstak naar een andere uithoek verkassen. Dat de bedrijfstak overlast gaf was duidelijk: de Zeemtouwerssloot achter de Elandsstraat had de bijnaam Stinkende Elandssloot en de twee zeemleermolens op de bolwerken bij de Elandsgracht heetten de Kleine en Grote Stinkmolen. Lees in het komende nummer van Ons Amsterdam alles over de geschiedenis van leerlooiers in Amsterdam.
De 18de-eeuwse meesteroplichter P. Pergerrits
Door Ruud Paesie
Op 13 augustus 1746 verscheen in de Amsterdamse Saturdaegse Courant een opsporingsbericht voor een zekere Pieter Pergerrits met grote beloning: duizend gulden. Pergerrits werd gezocht voor zijn ‘Godvergeeten wyze’ van handelen in valse obligaties en notariële aktes, ter waarde van zo’n 500.000 gulden – omgerekend zo’n 5,4 miljoen euro.
Kort voor de opsporingsberichten, stond het boekje ‘De Vlugtende Banqueroetier’ in de krant. De schrijver was heel goed op de hoogte van de malversaties van Pergerrits. Ook in de 18de eeuw spraken grote fraude- en oplichtingzaken sterk tot de verbeelding. Lees in het komende nummer hoe de meesteroplichter aan justitie wist te ontsnappen en tot Deense adel werd verheven.

Ontdek Ons Amsterdam
Wil jij alles weten over de fascinerende geschiedenis van Amsterdam?
Abonneer je
Delen: