Recensie: J.M. (Jan) van Hardeveld (1891-1953)
De stad Amsterdam kent een flink aantal gebouwen die ontworpen zijn door de ijverige architect Jan van Hardeveld, maar in het pantheon van de grote architecten uit het interbellum staat hij bescheiden achteraan. Grote blokken aan de Van Tuyll van Serooskerkenweg, in de Baarsjes, aan de Rooseveltlaan en in Oost – deels alweer afgebroken – zijn van zijn hand; daarbij bouwde hij ook de elegante Augustinuskerk aan de Amstelveense weg.
Van Hardeveld begon in 1918 een eigen praktijk, die vaart kreeg toen hij – aanvankelijk vanwege zijn huwelijk met een Française – overging naar de rooms-katholieke kerk. Hij werd een centrale figuur in de katholieke bouwnijverheid en zat in tal van verenigingen en besturen. Zijn meest imposante kerkelijke werken kwamen echter niet in Amsterdam tot stand, maar in Apeldoorn, Badhoevedorp en Ede. De architect komt in de biografische schets naar voren als een harde werker, met een scherpe tong én een scherpe pen, maar niet als iemand die in stijl of theorie school wilde maken.
De auteur laat zien dat Van Hardeveld in de strijd tussen verschillende stijlopvattingen – grofweg tussen de zwier van de Amsterdamse School en de soberheid van de Nieuwe Zakelijkheid – een flexibele positie innam; hij ontwierp sfeervolle kerkgebouwen, comfortabele villa’s onder rieten dak, maar ook strakke betonwoningen in Rotterdam. Zoals bij BONAS-uitgaven gebruikelijk bevat het boek een voortreffelijke catalogus van al dat werk.
J.M. (Jan) van Hardeveld (1891-1953). Over (zakelijk) expressionisme, modernistische betonwoningen en traditionalisme
Mart J.M. Franken
- BONAS
- 266 blz
- € 27,00
Delen: