Op de noordoever van de Haarlemmertrekvaart – waar het spoor naar Haarlem vlak langs liep – vond de officiële ingebruikneming plaats. Driehonderd genodigden hadden de twijfelachtige eer het eerste ritje Amsterdam-Haarlem en terug mee te mogen maken. Over de gevolgen die zoiets voor de gezondheid kon hebben, gingen de wildste geruchten. Het Algemeen Handelsblad meldde op 21 september met enige nadruk dat “een aanzienlijk aantal dames” acte de présence had gegeven bij de opening en we kunnen dat lezen als een uiting van verbazing en bewondering van de verslaggever. Zoals we op afbeeldingen kunnen zien, was het houten noodgebouw dat voor de gelegenheid dienst deed als station uitbundig versierd met rood-wit-blauwe vlaggen. Ook het stationsinterieur was tot in de puntjes in orde gebracht voor een uitgebreid buffet na afloop van het avontuur dat de genodigden tegemoet gingen. De gasten werden bij het station verwelkomd met muziek van de Amsterdamse schutterij. Kort na één uur begaven ze zich in de wagons die blijkens het verslag van het Algemeen Handelsblad door twee locomotieven – de Snelheid en de Arend – getrokken werden. De wagons waren voor de gelegenheid versierd met nationale vlaggen. “De trein bestond uit vier diligences, vier char-à bancs en de grote Engelse diligence; in een der wagons werden de hoornblazers der schutterij dezer stad geplaatst, die zich van tijd tot tijd deden horen. De weg naar Haarlem werd in een half uur afgelegd.” Uit meer gedetailleerde verslagen van de rit blijkt dat de tocht naar Haarlem 35 minuten duurde en dat onderweg een klein oponthoud optrad doordat de voorste locomotief los dreigde te raken. De terugreis werd volbracht in 33 minuten en daarna konden de gasten aan tafel voor een beschaafde “collation”, ofwel een lichte maaltijd.

Treinrit slecht voor de gezondheid?

Op de vele afbeeldingen die er bestaan van de officiële opening van Nederlands eerste spoorlijn op 20 september 1839 zien we hoe landelijk het er toen nog uitzag langs de Haarlemmertrekvaart. Vanaf de plaats waar herberg Eenhonderd Roe lag – de zuidoever van de vaart tegenover het terrein van de voormalige Westergasfabriek – zag je in de verte links het kerkje van Sloterdijk liggen. Het gebied dat later ingenomen werd door de Spaarndammerbuurt was weiland, gedomineerd door molens die traditioneel te vinden waren aan de rand van de stad. Op het Haarlemmerplein was in september 1839 de Willemspoort nog in aanbouw. Met de opening van een treinstation kwam aan de landelijke rust buiten de poort definitief een einde. “Bij aankomst van de wagentrein waren de drukte en het gewoel groot. Sierlijke omnibussen met de opschriften van hun bestemming, vigilantes, koetsjes, snorwagens, ja wat al, reden op het plein.” Zo beschrijft de Haarlemse apotheker J.P. Kuenen de sfeer op het stationsplein als hij er op 18 oktober 1839 uit de trein is gestapt voor een bezoekje aan Artis. Hij had het ritje gemaakt als lid van de Haarlemse Geneeskundige Commissie, die een onderzoek instelde naar de geruchten over de schadelijke gevolgen van het reizen per trein voor het menselijk lichaam.

Vier keer per dag reed de trein Amsterdam-Haarlem die eerste jaren heen en weer. De trein reed toen gemiddeld 38 kilometer per uur en volgens dienstregeling deed hij er 24 à 28 minuten over om in Haarlem te komen. Meteen al het eerste jaar werden op de lijn Amsterdam-Haarlem in totaal 317.019 passagiers vervoerd. Naast de trein bleef de trekschuit voorlopig nog diensten op Haarlem onderhouden, op den duur steeds meer met het accent op goederenvervoer.

Door naar Leiden en Den Haag

Het houten stationsgebouw op het latere Westergasfabrieksterrein is maar enkele jaren in gebruik geweest. Al op 4 oktober 1843 werd het overbodig omdat 350 meter oostwaarts het nieuwe station Willemspoort in gebruik werd genomen. Dat was een imposant halfrond kopstation, in classicistische stijl gebouwd op de plek waar tegenwoordig de meest oostelijke uitgang is van het Westerpark. Het station was genoemd naar de Willemspoort (in de volksmond gewoon de Haarlemmerpoort), die in 1840 was geopend en op het Haarlemmerplein nog steeds het stadsbeeld bepaalt. De entree van het station was naar de stad gericht. Waar nu het standbeeld van Domela Nieuwenhuis staat, werd een stationrestauratie gebouwd, met aan de achterkant uitzicht op de Singelgracht. Tussen station en restauratie lag het eerste stationsplein van Nederland. Van hier bracht de Amsterdamse Omnibus de treinreizigers met tien lijnen verder de stad in. Die reizigers kwamen in steeds groter getale opdagen, nadat de spoorlijn Amsterdam-Haarlem in 1842 was doorgetrokken tot Leiden, in 1843 tot Den Haag en in 1847 tot Rotterdam.

Station Willemspoort werd in 1880 al weer afgebroken. Toen was inmiddels het lange spoorwegviaduct gebouwd dat nog steeds langs de Haarlemmer Houttuinen in de richting van het centrum van de stad loopt. De functie van station Willemspoort werd nog korte tijd overgenomen door een tijdelijk station ter hoogte van het huidige Havengebouw, om uiteindelijk in 1889 terecht te komen bij het Centraal Station.

Beeld: Plechtige inwijding van den ijzeren spoorweg. Stadarchief Amsterdam/J. F. Mourot en Michel Desguerrois