Herinneringen aan Betondorp: Kussentjes verzamelen in stadion de Meer
In 1945 - ik was toen twee jaar oud - kregen mijn ouders een eengezinswoning toegewezen in de Veeteeltstraat. Nu is alles volgebouwd, maar destijds lag ons huis echt aan de rand van Betondorp. Aan het eind van de straat begonnen de weilanden. Er was nog nauwelijks verkeer, dus wij kinderen speelden altijd op straat.
We woonden vlakbij stadion de Meer. Als op zondag Ajax speelde, kwamen alle supporters langs ons huis. Mijn moeder en ik gingen dan in de voortuin zitten om te kijken. Na de wedstrijd mochten de kinderen het stadion in, om de kussentjes op de tribunes te verzamelen. Voor elk kussen dat je inleverde, kreeg je een dubbeltje.
Net na de oorlog kookten de meeste mensen op een oliestelletje. Elke week kwam Manus de Olieman langs, om de stelletjes bij te vullen. Manus was wat je nu verstandelijk beperkt zou noemen. Wij kinderen plaagden hem altijd, en jouwden hem uit. Als hij dan achter ons aan kwam, vluchtten we naar de veldjes tussen de huizen. Daar kwam je alleen via de fietsenschuurtjes, en zigzaggend over het gras kon je zo een heel stuk afsnijden. Manus kreeg ons nooit te pakken.
ANITA GANS
Beeld header: jeugdfoto van Anita, privécollectie
Meer verhalen en herinneringen aan 100 jaar Betondorp zijn te vinden in het Aprilnummer 2022.

Ontdek Ons Amsterdam
Wil jij alles weten over de fascinerende geschiedenis van Amsterdam?
Abonneer je
Delen: