Flevoparkbad opent de deuren, 4 juni 1967
Gaat het Flevoparkbad verdwijnen? Het aantal bezoekers is zo fors gedaald dat de exploitatie gevaar loopt. Jarenlang was het moderne zwemparadijs van weleer de trots van Amsterdam. Bomvol was het er in de warme zomermaanden. Afgelopen zomer werd een deel van de weiden maar in arren moede verhuurd aan camping Zeeburg.
Om twee uur precies begon die zaterdag 4 juni 1967 een ware stormloop op het Flevoparkbad, toen het nieuwe zwembad officieel werd opengesteld voor het publiek. Honderden jongens en meisjes uit de Indische Buurt namen bezit van het uitgestrekte complex van baden en zonneweiden. Ze mochten de rest van de dag gratis zwemmen en dat was bepaald niet geheim gebleven.
’s Ochtends had sportwethouder Harry Verheij bij de officiële openingsplechtigheid het Flevoparkbad niet zonder trots een voorbeeld genoemd van de moderne opvatting dat een zwembad in een dichtbevolkte stad eigenlijk een recreatieoord moest zijn. Zo zag het er inderdaad wel een beetje uit.Het nieuwe complex bij de Schellingwouderbrug telde maar liefst drie bassins, waaronder een kleuterbad, en uitgebreide voorzieningen voor het omkleden. Opvallend was vooral het ongekend uitgestrekte terrein van recreatieweiden met een kiosk, een uitzichtheuveltje en een luidsprekertoren.
De grote drommen kinderen die zich buiten de hekken verzamelden, moesten na het openingswoord van Verheij nog enkele uren geduld oefenen. Eerst werd het bad die ochtend door de schooljeugd van de buurt ingewijd met een estafette over zes keer 31 meter, gewonnen door de J.P. Coenenschool. Vervolgens gaven leden van Amsterdamse watersportverenigingen een demonstratie figuurzwemmen en werd er een waterpolowedstrijd gespeeld. Pas toen mochten de wachtende kinderen naar binnen.
Hypermodern
“Het Flevoparkbad met speel- en zonneweiden is ruim drie hectare groot. Het diepe bassin is 50 bij 21 meter en voldoet daarmee aan de eisen voor internationale ontmoetingen.” Het communistische dagblad De Waarheid pakte de maandag na de opening flink uit. Het nieuwe zwembad was voor de krant een klinkend resultaat van het doortastende beleid van partijgenoot Harry Verheij. “Voor het zuiveren en verversen van de meer dan drie miljoen liter water is van het nieuwste systeem gebruik gemaakt, dat dit zwembad tot een der modernste van Europa maakt.” Het kon niet op, want de plannen voor een installatie om het water te verwarmen lagen al klaar, toeterde de partijkrant.
Het zwemparadijs in het Flevopark was inderdaad wel wat anders dan het oude gemeentelijke zwembad Het Nieuwe Diep, waarmee de bewoners van de Indische Buurt zich jarenlang hadden moeten behelpen. Dat was een afgeschut gedeelte van het Nieuwe Diep aan de Merwede Kanaaldijk, even voorbij de schutsluizen. Buurtbewoners hadden het meestal over het ‘Driecentenbadje’, hoewel de toegangsprijs in de loop der jaren wel wat opgelopen was. Het houten zwembad stond vooral in laatste jaren van zijn bestaan bekend om het bruinachtige water en de vies aanvoelende drab op de bodem die tussen je tenen bleef zitten. Zwemmers werden er steeds minder gesignaleerd, ratten steeds vaker. Omstreeks 1962 werd het al jaren bouwvallige Driecentenbadje afgebroken.
Nog veel meer moois
De eerste paal voor het nieuwe Flevoparkbad ging in november 1964 de grond in. De eer om die symbolische daad te verrichten was gegund aan vertegenwoordigers van de jeugd uit de Indische Buurt zelf. Om voldoende ruimte voor het ambitieuze ontwerp te scheppen, werd een stuk van het aan het Flevopark grenzende water van het Nieuwe Diep aangeplempt. Nog vóór de officiële opening ging het bad tijdens de Pinksterdagen van 1967 al eventjes voor het publiek open. Als we De Waarheid van 16 mei mogen geloven, stelde de buurt dit gebaar hogelijk op prijs. “Ettelijke duizenden hebben daarvan geprofiteerd. Ze bevolkten de nieuwe bassins of lieten zich soms mannetje aan mannetje bruin bakken op de zonneweide.”
Wethouder Verheij benadrukte bij de opening dat hij voor zwemmend Amsterdam nog veel meer moois in petto had: “In het komende najaar zal aan de raad een nota worden aangeboden over de zwemaccommodatie in Amsterdam, waarin ook de plannen voor een overdekte zwemgelegenheid in Amsterdam Noord zullen zijn opgenomen.” Hij hield woord. Behalve met de voorbereidingen voor een nieuw Floraparkbad in Noord, zou hij al snel komen met plannen voor een overdekt Sloterparkbad in Nieuw-West. Ook de modernisering van bestaande zwembaden nam hij voortvarend ter hand. Behoorlijke en betaalbare zwembaden voor de Amsterdamse jeugd waren naast inderhaast uit de grond gestampte sporthallen de paradepaardjes van de wethouder.
Drukker dan druk
De verbetering van de zwemaccommodatie in de stad die in de jaren zestig en zeventig op gang kwam, was de voortzetting van een lange geschiedenis van gemeentelijke zorg op dit terrein. Die bemoeienis van het stadsbestuur was al in het laatste kwart van de 19de eeuw ingezet met de inrichting van ‘kosteloze gemeentebaden’ aan de Westerdoksdijk en in de Baangracht op Kattenburg. In 1919 kwam het zelfs tot de oprichting van een gemeentelijke Dienst der Was-, Schoonmaak-, Bad- en Zweminrichtingen, die badhuizen en zwembaden ging exploiteren. Eind jaren zestig van de 20ste eeuw had deze WSBZ twee overdekte gemeentelijke zwembaden en zes openluchtbaden onder beheer. De gemeentelijk baden bestonden overigens naast de particuliere baden, waar ook menig Amsterdammer de schoolslag leerde.
De eerste jaren was het druk bezochte Flevoparkbad de trots van de stad. Zonder auto voor de deur verruilde menig Amsterdammer bij warm weer de benauwde bovenwoning graag voor het zwembad en dat was meteen al in de zomer die volgde op de opening te merken. Tijdens de tweede week van de bouwvakvakantie van 1967 zochten 150.000 Amsterdammer (volgens De Waarheid van 19 juli) verkoeling in een van de zwembaden in de stad. “Het Strandbad Sloterplas was het drukst en ’t nieuwe Flevoparkbad heeft het De Mirandabad van de tweede plaats verdrongen.” Volgens de krant moest het niet veel gekker worden: “anders zijn er in onze openluchtbaden alleen nog maar staanplaatsen verkrijgbaar.”
Vervallen glorie
Nog lange tijd is het Flevoparkbad een van de populairste buitenbaden van Amsterdam gebleven, maar de laatste tijd is daar de klad in gekomen. Volgens de huidige eigenaar Stadsdeel Oost zijn de bezoekersaantallen onrustbarend gedaald. In 2011 wisten nog maar 22.000 zwemlustigen het bad te vinden en dat is volgens het stadsdeel veel te weinig om het te exploiteren. Een deel van de uitgestrekte speel- en zonneweiden is afgelopen zomer bij wijze van proef verhuurd aan camping Zeeburg. Buurtbewoners maken zich zorgen en beraden zich samen met het stadsdeel op de toekomst van het Flevoparkbad – ooit het mooiste openluchtbad van de stad en volgens het trotse partijblad van toenmalig sportwethouder Harry Verheij zelfs een der modernste van Europa.
Tekst: Marius van Melle & Niels Wisman
Beeld: Het Flevoparkbad op de dag van de opening. Stadsarchief Amsterdam/ANEFO.
Delen: